Mgr Léonard: een aartsbisschop tegen de stroom in

De aartsbisschop beantwoordt vragen van Antoine Pasquier in “Famille Chrétienne 

-


 

Mgr André-Joseph Léonard: « Jezus voorzegt ons geen succes, maar tegenspraak »

Sinds 12 december aartsbisschop emeritus, geeft Mgr. Léonard zijn kijk op de gebeurtenissen die het jaar 2015 tekenden en op zijn vijf jaren aan het hoofd van het Belgische bisdom Mechelen-Brussel.

In de loop van uw vijf jaren aan het hoofd van het aartsbisdom Mechelen-Brussel is het aantal seminaristen spectaculair toegenomen, van 4 in 2010 naar 55 vandaag. Hoe verklaart u dat?

Gedurende twintig jaar was ik professor aan de universiteit van Leuven, daarna gedurende dertien jaar overste van het universitaire seminarie. Ik stond altijd dicht bij de seminaristen en heb deze houding natuurlijk bewaard toen ik bisschop van Namen was en daarna van Mechelen-Brussel.

Ik heb geen enkele jongeman teruggewezen die mij kwam opzoeken, ik heb hem nooit gezegd eerst contact te nemen met de dienst voor roepingen, ik heb hem altijd ontvangen. Een man die zijn leven aan Christus wil geven, moet door de bisschop ontvangen worden! Wanneer een jonge man voelt dat hij voor de bisschop van zijn bisdom telt, helpt hem dat bij het nemen van zijn beslissing.

Ik kan geen wonderrecept aanbieden. Ik ben gewoon altijd open geweest voor de realiteiten die de Heilige Geest in de Kerk doet ontstaan. Wanneer ik de jongeren ontmoette die geraakt waren door het ambt van priester Michel-Marie Zanotti-Sorkine, die de Broederschap van de Heilige Apostelen hebben gesticht, was mijn eerste reactie geen wantrouwen, maar onthaal en bemoediging. Wie zich presenteert, wordt niet noodzakelijk priester, er is onderscheiding nodig, maar de eerste houding is die van het onthaal. Wat een vreugde voor een bisschop een man te ontmoeten die zich aan de Kerk wil wijden. Wat een prachtig geschenk!

 

U heeft tijdens uw ambt talloze tegenkantingen en weerstand ontmoet, zowel van buitenaf als binnen in de Belgische Kerk, meer bepaald door uw trouw aan het Leergezag. Hoe slaagt men erin tegen de stroom in te zwemmen?

Er is een gedeelte overtuiging en een gedeelte temperament. In de loop der jaren heb ik als priester overtuigingen gekregen die de overtuigingen zijn van de katholieke Kerk, in haar kijk op de verschillende aspecten van het menselijk bestaan. En ik ben overtuigd van de gegrondheid van het leergezag van de Kerk, ook aangaande de meest delicate en controversiële materies.

Ik heb steeds geoordeeld dat het mijn zending is een echo te zijn van dit onderricht van Christus en de Kerk over de lotsbestemming van de mens. Het heeft me dus nooit gestoord soms tegen de stroom in te gaan van de samenleving en de tijdsgeest. Is het trouwens niet een beetje normaal? Een aanzienlijk deel van het Evangelie gaat tegen de stroom in. De heilige Paulus richt zich tot de Romeinen met de woorden: “Stem uw gedrag niet af op deze wereld”.

Mijn overtuigingen hebben verschillende reacties opgewekt: de enen waren gelukkig duidelijke taal te horen die hen aanmoedigde hun christelijke identiteit werkelijk te beleven, anderen protesteerden, soms ook christenen, omdat zij er niet erg voor waren dat in een wereld waarin de vrijheid nochtans als een hoogste waarde aangezien wordt, een bisschop anders mag denken dat de heersende opinie.

Deze tegenkantingen of meningsverschillen zijn in zekere zin onvermijdelijk. Het tegendeel zou mij verontrusten. Jezus voorzegt ons geen succes, maar eerder tegenspraak. Doch die kleinigheden zijn slechts een klein deel van mijn ambt en zijn niets vergeleken met wat de bisschoppen in de eerste eeuwen hebben geleden en wat de bisschoppen vandaag in het Midden Oosten of in Azië lijden!

De tweede synode over het gezin werd in oktober gehouden. De eindtekst is het voorwerp van interpretaties. Welke lezing is de uwe, u die deelgenomen heeft aan de werkzaamheden van de eerste editie?

Ik heb niet het gevoel gehad van een echte vooruitgang van de ene synode naar de andere, doch eerder een herhaling van wat reeds gezegd was. Ik ben een beetje op mijn honger blijven zitten. Al zijn er goede dingen in de eindtekst, toch was ik een beetje ontgoocheld door het feit dat men in de meest delicate punten dubbelzinnigheid gewekt heeft. Bisschoppen hebben mij gezegd dat teksten vrijwillig op een dubbelzinnige manier opgesteld werden om ze in verschillende richtingen te kunnen interpreteren. Een dergelijke dubbelzinnigheid over essentiële kwesties is heel riskant, want dit zou kunnen aanleiding geven tot praktijken die, eens ingevoerd en ontwikkeld, zeer moeilijk te herstellen zijn.

Ik hoop dus dat wij een genuanceerd en gunstig, maar helder woord zullen hebben over wat op het spel staat in de leer en de discipline van de katholieke Kerk aangaande huwelijk en gezin. De bal ligt nu in het kamp van de paus. Voor hem slaat nu het uur om zijn petrinische rol van eenheid en continuïteit binnen de traditie uit te oefenen, zoals hij reeds verklaarde in zijn slottoespraak op de eerste synode over het gezin. Het meest fundamentele van de synode dat op het spel staat, is liefde en waarheid met elkaar te verbinden in alle vreugden en alle verdriet van het gezin en de echtparen. Zoals Psalm 84 zegt: “Liefde en waarheid omhelzen elkander, gerechtigheid en vrede kussen elkaar”. De Kerk moet zowel barmhartig zijn door voor alle mensen een welwillend hart te hebben als trouw zijn aan haar leer over huwelijk en gezin.

 

Tijdens de laatste synode hebben sommige bisschoppen voorgesteld meer macht over te dragen aan de bisschoppenconferenties inzake discipline. Wat denkt u daarvan?

Dat is geen goede idee. Ik zie niet hoe de discipline veranderbaar zou kunnen zijn van het ene land naar het andere of het ene continent naar het andere. Ik zou het uiterst riskant vinden dat de westerse landen over een heel soepele discipline zouden kunnen beschikken. Welk beeld zou dat van de Kerk geven? Christenen uit rijkere landen, zouden naast het comfort waarvan de meerderheid kan genieten, ook een meer comfortabele discipline kunnen hebben? Dat zou een grote ergernis zijn! Waar de verscheidenheid van plaats zou moeten meespelen, is in de pastoraal om het hoofd te bieden aan verschillende problemen naargelang de continenten en zo aangepaste oplossingen voor te stellen.

De paus heeft op 8 december de deuren van het Heilig Jaar van de Barmhartigheid geopend. Zijn onze tijdgenoten klaar om de drempel te overschrijden?

Ik stel vast dat de stap van paus Franciscus veel mensen begint te raken. Maar voor velen gaat dat de stap van een verlicht geweten vragen. Want barmhartigheid veronderstelt dat men zijn ellende beseft zodat Gods hart deze ellende kan ontvangen, op zich nemen om ze te transfigureren en ons ervan te bevrijden. Barmhartigheid heeft maar zin als men zich ervan bewust is dat men ze nodig heeft. Persoonlijk probeer ik mensen steeds gevoelig te maken voor deze dubbele dimensie van de barmhartigheid,  uitgaande van een tafereel dat in de bulle vreemd genoeg niet naar voor gebracht wordt en dat mij nochtans de fundamenteel lijkt: de scène van Jezus’ doorstoken zijde. Het woord “barmhartigheid” komt in die scène niet voor maar de realiteit is er wel.

Het is onthutsend en het heeft de evangelist duidelijk onthutst dat de wonde, de opening van de zijde, getuigt dat wij zondaars zijn – als alles goed ging tussen de mens en God, waarom zou het mensenhart van God dan moeten doorstoken worden? – en dat zij tegelijk de bron is van onze regeneratie. De blik op de doorstoken zijde van Jezus – “Zij zullen opkijken naar Hem die zij doorstoken hebben” – openbaart mij dat ik zondaar ben en tegelijk dat nieuw leven, vergeving, barmhartigheid, verzoening, regeneratie, voor mij open staan. Dat is zeer verhelderend. Daarover spreken, raakt het hart van de mensen.

Het is dat wonder dat men tijdens dit Jaar zal moeten doen ontdekken. Dat zal catechetische inzet vragen, want de mensen, ook christenen, hebben dikwijls de zin verloren van deze twee afgronden die geroepen zijn elkaar te ontmoeten: de afgrond van de zonde, van het mysterie van het kwaad, zoals Paulus tot de Thessalonicenzen zegt, en de grotere afgrond die de liefde van God is die naar ons op zoek gaat. Eén van de grootste bekoringen van onze tijd is de neiging om deze twee afgronden te willen effenen. Doch door onze zonden niet te erkennen, riskeren we de dwaasheid van Gods liefde niet meer te begrijpen die mens geworden is en aan het kruis gestorven.

U heeft ervoor gekozen op 8 december België en zijn provincies toe te wijden aan het Onbevlekt Hart van Maria. Om welke reden?

De parochie van de Heilige Katharina in Brussel had me gevraagd haar toe te wijden aan het Onbevlekt Hart van Maria. Ik heb ja gezegd. Sommige mensen hebben mij voorgesteld, zoals dat in Libanon gebeurd is, tegelijk en officieel heel België toe te wijden. Maar ik had daar niet de autoriteit voor – het akkoord van alle Belgische bisschoppen was nodig – daarom heb ik het alleen vaderlijk toegewijd langs de aanwezige gelovigen die uit meerdere Belgische provincies gekomen waren.

België, een zakdoek in Europa, kreeg twee officiële bezoeken van Maria: in Beauraing en Banneux. Als Maria twee keer de moeite gedaan heeft om dit land te bezoeken, is het misschien omdat het dit erg nodig heeft.

Ik leg dit voor mezelf als volgt uit: België was een heel vurig land, een voorbeeldig missionair land dat zoals Frankrijk honderden missionarissen naar verschillende continenten heeft uitgezonden. De Kerk in België heeft een massale investering gedaan in jeugdbewegingen, in het katholiek onderwijs en in heel een zorg- en gezondheidssysteem met christelijke inspiratie. Dit bouwwerk is echter gedeeltelijk vervlogen of, als op sommige instituten nog een christelijk etiket gebleven is, is de inhoud soms sterk verwaterd.

Ik denk dat dit land vernieuwing nodig heeft, die niet eerst en vooral uit ideeën te halen is maar uit persoonlijke realiteiten. Ik hou veel van de zin van Benedictus XVI: “Christen zijn is niet vooreerst een ethische of organisatorische beslissing nemen, maar verleid zijn door een persoon”. De kern van het christelijk geloof, dat zijn namelijk gezichten: dat van Jezus, van Maria.

Meer dan ooit hebben wij in België een bekering nodig van een hart tot harten. De bekering van het hart van de hedendaagse man, van de hedendaagse vrouw, tot het hart van Maria, tot het hart van Christus, tot het hart van God. Daarom is een land toewijden aan het hart van Jezus of Maria niet alleen een devotie maar is gaan naar de kern van het geloof zelf.

Frankrijk werd dit jaar zwaar getekend door meerdere dodelijke aanslagen. Wat moet de houding van de katholieken zijn ten overstaan van deze grote beproeving?

Helaas, ik denk dat dit slechts een begin is en dat wat men in Parijs beleefd heeft, andere gelijkaardige beproevingen laat voorvoelen. Bereiden wij ons erop voor, zonder te vergeten dat wat wij de laatste tijd beleefd hebben, inwoners van andere landen in de wereld dagelijks meemaken.

Hoe op zo een beproeving reageren ? Zeker door veiligheidsmaatregelen te treffen, maar vooral door ons te verplichten diep na te denken over de manier waarop de Kerk en onze samenlevingen de dialoog met de moslims moeten aangaan. En dat in het belang van beide partijen.

Wij gaan een ernstige dialoog moeten aangaan over de manier waarop moslims de meest gewelddadige verzen van de Koran interpreteren, over de plaats die zij toekennen aan gewetensvrijheid en de mogelijkheid om te huwen met personen van andere belijdenissen. Als wij zo een dialoog niet aangaan, riskeren wij uit te komen op een shock van de beschavingen en dat zou dramatisch zijn.

Meerdere landen hebben besloten in Irak en Syrië in te grijpen tegen IS. Dat is het geval voor Frankrijk en België. De paus heeft de idee naar voor gebracht van een derde wereldoorlog in stukjes. Moet de Kerk deze militaire interventie steunen?

Een militaire interventie is altijd heel complex, dubbelzinnig en veroorzaakt dikwijls meer kwaad dan goed. In het geval van Irak in 2003, heeft paus Johannes Paulus II nooit de Amerikaanse aanvallen goedgekeurd, noch de economische blokkade. Zijn stelling was heel duidelijk.

Er zal aan een militaire onderneming geen zegen verleend worden tenzij het gaat om een rechtvaardige oorlog, namelijk om bevolkingen te beschermen die het slachtoffer zijn van onrechtvaardige agressie.

De christenen van het oosten vluchten met duizenden uit Irak en Syrië. Hier stelt zich een gewetenszaak: moet men hen helpen hun land te verlaten of hen daarentegen helpen er te blijven opdat het Midden Oosten op een dag hun aanwezigheid niet zou missen?

Wij zijn allemaal overtuigd dat het ideaal is dat zij kunnen blijven en bloeien in hun land. Zij zijn daar sinds het begin van het christendom, zij zijn in die landen thuis. Het is dus dramatisch dat zij weggaan en dat het Midden Oosten leegloopt aan christenen. Alles dient dus te gebeuren opdat zij kunnen blijven.

Maar hoe niet begrijpen dat zij proberen te vertrekken omwille van de dagelijkse dreiging en de vervolgingen ? Men kan hen niet verwijten ver van de bommen te willen leven.

Het is een tragische keuze. Wij staan tegenover een soort dilemma zonder goede oplossing is. De enige oplossing zou zijn terug vrede te brengen in die landen, maar het is weinig waarschijnlijk dat men vrede brengt door oorlog te voeren.

Binnenkort in Notre-Dame du Laus

Daar hij de leeftijdsgrens bereikt had (hij werd 75 op 6 mei 2015), heeft Mgr. André-Joseph Léonard in de maand juni aan paus Franciscus zijn ontslag ingediend als aartsbisschop van Mechelen-Brussel. Tot apostolisch administrator van het aartsbisdom benoemd, heeft hij op 12 december zijn zetel officieel afgestaan aan Mgr. Jozef De Kesel, voordien bisschop van Brugge.

Na een reeks afscheidsmissen en een tijd van rust in de gemeenschap van Marche-les-Dames, zal Mgr. Léonard volgende lente naar Frankrijk gaan als hulpkapelaan van het heiligdom Notre-Dame du Laus. Gedurende zijn vijf jaren aan het hoofd van het aartsbisdom van Mechelen-Brussel heeft Mgr. Léonard zich ingezet om de katholieke Kerk van België nieuwe adem te geven: herinvoering van Eucharistische processies, oprichting van de Broederschap van de Heilige Apsotelen bestaande uit priesters en seminaristen, een waarborg voor de Sint-Katharinakerk in het centrum van Brussel, die bestemd was om buiten dienst gesteld te worden, tegenkanting tegen uitbreiding van euthanasie door gebed en vasten, oprichting van het seminarie Redemptoris Mater …

Vanaf zijn aanstelling in januari 2010 door Benedictus XVI, werd de voormalige bisschop van Namen gecontesteerd voor zijn ideeën die te “reactionair” bevonden werden en bekritiseerd voor zijn trouw aan de leer van de katholieke Kerk. Wat de politieke klasse betreft, zij heeft hem openlijk zijn stellingen verweten tegen het homohuwelijk, abortus en euthanasie.

 

Vert. Maranatha-gemeenschap 


 

 

Pater Daniël in Syrië: ‘Het Westen schijnt de politieke onafhankelijkheid van Syrië totaal niet begrepen te hebben’

Vrijdag 8 januari 2016

pater-daniel2Goede Vrienden,

De bevolking van Madaya, die vorige maand massaal protesteerde tegen de terroristen (van Ahrar ash Sham) en luid haar steun betuigde aan het leger en de regering, wordt nu door de terroristen én de wereldmedia collectief gestraft. De media tonen wereldwijd de meest schrijnende beelden van uitgehongerde kinderen en geven zonder enige moeite alle schuld aan het Syrische leger. Alle middelen zijn goed om Syrië toch nog kapot te krijgen. Al zijn het eerder stuiptrekkingen van de terroristen, deze leugens zijn onaanvaardbaar.  Bovendien wordt op wereldvlak nu alles gedaan om een eensgezinde strijd tegen Daesh te verhinderen. Daarom vormen Saoedi-Arabië, Turkije en Israël een verbond tegen Iran. Syrië, Rusland en Iran moeten nu als de baarlijke duivels beschouwd en bestreden worden. De wereld lijkt wel gek geworden.
Toch gaan we verder en vertellen hoe wij het begin van het jaar beleefden. Tevens geven we enkele realistische en hoopvolle perspectieven.

Van harte,
Pater Daniël


 

Ons vijfde Nieuwjaar in oorlogstijd

De feesten die nu midden in de week vallen schudden het gewone dagelijkse leven grondig door elkaar. De kaarsenfabriek wordt even stil gelegd, ook om te wachten op het goede materiaal, waardoor we in staat zullen zijn de beste kaarsen te maken. Wel wordt op de werkdagen het atrium geschilderd en andere werkzaamheden verricht.  De “Openbaring” van woensdag 6 januari is voor vele orthodoxe kerken het eigenlijke kerstfeest. Dinsdagnamiddag werden al “de koninklijke uren” gezongen, die ruim een uur duren. Na een eenvoudig avondmaal kwamen enkele vrienden al dansend en zingend binnenvallen en allen hadden een plastiekzakje bij met een gebakje of snoeperij. Het was het feest van de vooravond van “Epiphanie” en tegelijk “Theofanie” (Godsopenbaring). Hierbij wordt herdacht dat God zelf zich geopenbaard heeft vooral bij de doop van Jezus in de Jordaan en  verder aan wijzen uit het oosten en op het bruiloftsfeest te Kana, waar Jezus water in wijn veranderde. Na het gezellig tafelen . was er nog een tijd onderbreking vooraleer de eenvoudige Latijnse eucharistie te vieren. Hierna volgden de lange vespers van de vooravond van Epiphanie met de vijftien lezingen en de lange  gebeden voor de wijding van het water. Met brandende kaarsen trokken we al zingend naar de fontein in het atrium, gevuld met water. Juist deze avond en nagenoeg heel de nacht was er geen  elektriciteit. Het kaarslicht verdreef de duisternis.   In de gebeden werd  herinnerd aan de bevrijding van het Godsvolk en gevraagd  dat dit water, door Jezus’ doop geheiligd, alle kwaad en kwalen zou verdrijven en ons zou heiligen. Na de   wijdingsgebeden waren er enkelen, zowel van de zusters als van de broeders, die de traditie in ere hielden door  met blote voeten en in habijt in het koude water van de fontein te treden  en zich daar driemaal in onder te dompelen. Het heeft niets te maken met een nieuwjaarsduik maar met de hernieuwing van de doopbeloften. Anderen wasten of besprenkelden hun hoofd. Allen werden overvloedig met  het gewijd water besprenkeld. Met een warme tas thee eindigden we in de refter deze liturgie en trokken rond half twee naar bed. Woensdag middag vierden we plechtig de byzantijnse eucharistie van het  hoogfeest van Epiphanie met de zegening van het water dat als wijwater zal gebruikt worden. Hierbij hoort ook de zegening van het huis, zoals vroeger in de Latijnse  liturgie tijdens de  paasweek gebeurde. Wij doen het de volgende dagen samen met de zegening van de velden. ’s Avonds volgde nog een verrassing. In de  grote zaal aan de ingangspoort was heel het dorp vertegenwoordigd, een veertigtal mannen en vrouwen. Onze verantwoordelijke van de  plaatselijke Rode Halve Maan had eten en drinken voorzien en er werden  eretekens uitgereikt. Het eerste dankwoord ging naar moeder Agnes-Mariam,  omdat zij gezorgd heeft dat  zo vele en  verscheidene cursussen en vormingssessies konden gehouden worden en de bevolking op vele wijzen geholpen werd. Dan werd voor de legerleiding die voor de veiligheid van deze streek zorgt een mooi versierde degen voorzien. Vervolgens werd aan velen een ereteken met een certificaat overhandigd om hun inzet op een of ander terrein, voor een groep mensen of voor een cursus. Velen kwamen hun dekoratie halen en gaven die dan direct aan een ander, die zij bijzonder dankbaar waren, b.v. hun vader of een dierbare vriend. En zo vielen onrechtstreeks ook leden van de  gemeenschap in de prijzen, willen of niet. Het was aangenaam om zien hoe mensen elkaar hun dankbaarheid  uitdrukten. Het oude smokkeldorp met zijn illegale en onaangename praktijken is grondig van aanschijn aan het veranderen. Moge het eens terugkeren naar zijn oorspronkelijke bezieling en  Jezus Christus als zijn enige Redder erkennen. Alle moslims weten dat hun voorouders hier christen waren totdat de Ottomaanse overheerser hen dwong moslim te worden. We zijn  op weg naar een  nieuwe kerstening van dit dorp. In 150 resideerde hier al een bisschop en de bisschop van Qâra nam deel aan het eerste oecumenisch concilie, dat van Nicea in 325. Voor de dertiende eeuw waren hier meer dan tien kerken. We zijn dankbaar voor uw gebed en uw hulp voor deze onderneming van her-christening.

(Op onze website vindt je een uitleg over de icoon van Jezus’ doop in de Jordaan en een   klein filmpje van onze viering van Epiphanie – maryakub.net –  even naar beneden scrollen).

 

Realistische en hoopvolle verwachtingen voor de toekomst

We geven  de voornaamste gedachten weer uit een interview dat niet alleen een goed beeld geeft van wat in Syrië gebeurt, maar vooral ook een verantwoord perspectief biedt (Frédéric PICHON in gesprek met Bouthaina CHAABANE: Dans l’ombre de Bachar El-Assad, Politique Internationale nr 46, politiqueinternationale.com, opnieuw gepubliceerd door Les-Crises.fr, 3 januari 2016). Frédéric Pichon is onderzoeker aan de universiteit van François Rabelais, Tours, verbonden met de groep “monde arabe méditerrané” en heeft  in oktober 2014 al een verhelderend onderhoud gepubliceerd met patriarch Gregorios III Laham (http://www.les-crises.fr/syrie-les-chretiens-dans-la-tourmente/ ). Bouthaina Chaabane is raadgeefster en woordvoerster van de Syrische president, behaalde een doktoraat in Engelse literatuur, verbleef  zes jaar in Engeland. Ze publiceerde in Amerika verscheidene boeken en werd in 2005  genomineerd als kandidate  Nobelprijs voor de vrede. Bij het begin van de Syrische crisis vroeg Frankrijk evenwel aan de Amerikaanse regering om haar op de zwarte lijst te zetten,  omdat ze de woordvoerster van de Syrische president was en bleef! Door ontslag te nemen zou ze de grootste waardering gekregen hebben van heel het westen.  Zij kent de westerse mentaliteit.  Alleen wie westers denkt en leeft wordt beschouwd als zijnde beschaafd en modern. Zij koos voor een meer verantwoorde houding, nl. het trouw blijven aan eigen land en waarden. Zij wil ook best als modern beschouwd worden, maar daarvoor niet haar land verloochenen. Het westen heeft  emigratie aangemoedigd, geholpen door een speciaal fonds van Qatar, dat de mensen, die have en goed verkochten, flink wilde vergoeden. Dit gaat radicaal in tegen de diepe aard van het Syrische volk, dat iedere politiek die van buitenaf wordt opgedrongen, afwijst. “Het westen heeft niets begrepen van Syrië, van zijn volk en van zijn geschiedenis”, zegt ze.

 

Hervormingen

Syrië was in 2011 geen volmaakte samenleving. Bovendien heeft de president zelf herhaaldelijk gewezen op de kwaal van de corruptie. Maar hervormingen mogen nooit van buitenaf worden opgedrongen. Het westen was vanaf het begin vast besloten  om Syrië te breken.  Daarom kwam het aandraven met  democratie, vrijheid en rechten van de mens. De buitenlandse rebellen, terroristen en criminelen, waren echter aan democratie helemaal niet geïnteresseerd. Zoals Kadhafi en Sadam Hussein moest ook Bachar El-Assad uit de weg geruimd worden. Het was een onaanvaardbare inmenging in het bestuur van een soeverein land, een inbreuk op de internationale wetgeving en  een onwettig  kolonialisme. Kijk naar het resultaat in Libië en Irak. Bouthaina: « Weten de westerlingen dat er in Syrië voor de crisis geen  enkele dakloze was, dat er een goed werkende infrastructuur was voor gezondheid en opvoeding ? Ieder dorp had zijn gratis school. Studenten gingen naar de universiteit voor nauwelijks 20 dollar per  jaar. En vooral, Syrië had geen enkele buitenlandse schuld ». We kunnen dit bevestigen vanuit onze eigen ervaring toen we hier toekwamen in 2010. We hebben meerdere ziekenhuizen bezocht  waar leden van de  gemeenschap gratis behandeld werden, ook wanneer het buitenlanders waren. Opvallend was ook de afwezigheid van alle stress. Voeg hierbij nog de veiligheid van een harmonieuze samenleving. Als je een kostbaar fototoestel vergat in een zaal waar veel volk komt, (zoals mij de eerste avond al overkwam) kon je het de volgende morgen terugvinden, precies op de plaats waar je het had neergelegd. Tenslotte was ook het dagelijkse leven, zoals de voeding en het vervoer, erg goedkoop

Er waren hervormingen nodig en die zijn er ook gekomen. In 2012 is bij referendum een nieuwe constitutie aanvaard, waarbij een meer-partijen-stelsel werd ingevoerd. Er werden gemeenteraadsverkiezingen en wetgevende verkiezingen georganiseerd. Tenslotte werden op 3 juni 2014 presidentsverkiezingen gehouden. Van de drie kandidaten werd Bachar El-Assad met een overweldigende meerderheid gekozen. Ook Syriërs in het buitenland kozen massaal voor hem. « Syriërs verlangen veiligheid en hij is het die de veiligheid verpersoonlijkt. Hij wordt beschouwd als de enige die nu in staat is de integriteit en vrede van het land te verzekeren ». Sommige kampioenen van de democratie, zoals Frankrijk,  Duitsland en België, ontnamen de Syriërs het recht om in het consulaat een stemming te organiseren. Trouwens, het westen was tegen iedere hervorming in Syrië gekant, waaruit bleek dat hun streven naar democratie maar een voorwendsel was.  Voor hen waren de presidentsverkiezingen “onwettig” omdat hun Saoedische, Tunesische of Turkse terroristenleiders in Ankara, Doha of Parijs  niet mochten meedoen! Syriërs hebben er geen nood aan bestuurd te worden door anderen van buitenaf. Het is een fier volk, een van de  oudste beschavingen ter wereld en  Damascus is een van de  oudste steden uit de geschiedenis van de mensheid. Syrië is tenslotte de wieg van het christendom.

 

Dialoog met de oppositie

Of het leger bij het begin niet  met overdreven geweld  gereageerd heeft? De zogenaamde vreedzame volksopstand moet  erg gerelativeerd worden. Vanaf het begin waren er gewapende bendes bij betrokken die het op de soldaten en de politie gemunt hadden. Onder hen zijn ook de meeste slachtoffers gevallen.  Toen een kamikaze voor een school in Homs vijftig kinderen onder de 12 jaar de dood in joeg, was er geen enkele westerse regering die enig protest of een veroordeling liet horen. In Frankrijk werd in 2012 Mohammed Merah uitgeschakeld. Zijn appartement werd opgeblazen en hij zelf met tientallen kogels doorzeefd. Sprak iemand over overdreven geweld? In een land bestaat er wel een gewettigde politieke oppositie. Gewapende oppositie bestaat niet en gewapende gematigde opposanten nog veel minder. Deze misleidende woorden werden door het westen uitgevonden. Het gaat om terroristen of criminelen. Het is de taak van leger en politie om het volk te beschermen en de veiligheid te garanderen. “Wie kan ontkennen dat dit nu het geval is in Syrië?” De aanslagen van terroristen zijn een misdaad en het antwood van leger en politie zijn een weldaad.

Het westen schijnt  de politieke onafhankelijkheid van Syrië totaal niet begrepen te hebben. Bij de opposanten in de vredesconferentie in Genève merkte Bouthaina Chaabane dat ze geen enkele kennis hadden over Syrië. Ze waren gewoon vertegenwoordigers van buitenlandse mogendheden. Ze vernam dat Ahmet Davutoglu, de Turkse minister van buitenlandse zaken, de opposanten vooraf strikte instructies had gegeven: vooral niet praten over de  strijd tegen het terrorisme,   alleen maar het vertrek van de Syrische president eisen en een overgangsregering. Wat denk je ervan wanneer wij hetzelfde zouden doen voor  Obama, Cameron of Hollande? Ondanks alles wil de Syrische regering de hand  blijven reiken naar allen die aan de opbouw van dit land, het belang en de toekomst van het volk willen meewerken. We maken ook onderscheid tussen de regeringen en het volk. De Fransen blijven hier welkom, maar de Franse regering  stelt ons zwaar teleur, zegt zij. Hun ambassadeur Eric Chevallier heeft gedaan wat hij moest doen en aan zijn minister verteld dat de Syrische president helemaal niet zou aftreden of ten val komen, maar hij werd aan de kant geschoven, omdat hij niet vertelde wat de Franse regering voorzien had. De eerste ambassade die gesloten werd, was die van Frankrijk, waarmee het ook alle contact verloor met  wat er in Syrië werkelijk gebeurde. We voegen er bij dat dit ook ons ontgoocheld heeft. Toen ik pas hier was kwam deze ambassadeur in ons klooster op bezoek. Hij en zijn ploeg waren erg geïnteresseerd in het ontstaan en de activiteiten van het klooster. Van zijn kant vertelde hij hoe hij van een dokterspraktijk in de politiek geraakt was. We hielden er een prachtige folder van over, bedoeld voor de Fransen in Syrië. Er stonden allerlei telefoonnummers in die in nood  moesten gecontacteerd worden. De boodschap was duidelijk: bel ons op, blijf waar je zijt en wacht, wij zorgen voor alles. En bij de eerste moeilijkheden in Syrië sloten ze zelf  hun winkel! Bouthaina werkte in 1996 al aan de zijde van vader Hafez El-Assad. Ze herinnert zich hoe hij Amerika verplichtte om Frankrijk toe te laten bij de gesprekken over Libanon, wat Amerika tegen zijn zin moest aanvaarden. En nu is het Frankrijk dat Syrië verraadt. Bouthaina: “Wij hebben niet begrepen waarom Frankrijk zulk een extreem standpunt heeft ingenomen. Hierdoor hebben zij bewust het terrorisme in Syrië aangemoedigd. Eerlijk gezegd, ik zie maar één uitleg.  Qatar heeft een deel van het patrimonium van Frankrijk opgekocht en eist op die wijze zijn investering terug”. Ondertussen worden er op binnenlands vlak steeds meer stappen gezet in de  richting van een nationale verzoening. Talrijke groepen rebellen hebben de wapens neergelegd en een staakt-het-vuren aanvaard. Op 31 december hebben in Homs, Hama en Damascus weer 157 rebellen zich overgegeven en op 2 januari 2016 nog eens 84.

 

En de toekomst?

Syrië heeft  de voorbije vijf jaar heel veel verloren: zijn beste mensen, zijn soldaten, zijn kinderen, ziekenhuizen, scholen en zijn infrastructuur. Terroristen en  criminelen hebben het land enkele eeuwen terug geworpen in de tijd. Ondertussen lanceerden de westerse regeringen de  obsessie van het vertrek van Assad, alsof daar de schuld lag. De leugens werden door al Jazeera en al Arabyia de wereld ingestuurd en gretig geloofd. De media, die soms zo vlug zijn om valse berichtgeving te ontmaskeren,  hebben voor wat er in Syrie gebeurde hun deontologie volkomen verloochend. Sommige journalisten die de waarheid brachten, werd het zwijgen opgelegd. Ja, het westen heeft zijn geloofwaardigheid verloren. Wanneer De VS niet wil samenwerken met Rusland en China en wel met een aantal landen die uitgesproken sponsors van het terrorisme zijn,  kunnen ze niet meer ernstig genomen worden. De slecht bewapende  burgers van Ayn el Arab (Kobane) hebben veel efficiënter  Daesh bestreden dan de hele coalitie van 70 landen onder leiding van Amerika. Deze laatsten zijn vooral bekommerd om de belangen van hun olie,  hun bankiers en  wapenindustrie. De huidige crisis treft niet allen Syrië maar  de hele regio en zelfs de hele wereld. Bouthaina: “De wereld bevindt zich op een scharniermoment waar het unipolaire systeem op sterven ligt en  wacht op de  vervanging door het multipolaire. Het zwaartepunt verplaatst zich naar Azië. De  opkomst van Rusland, Indië en China is het belangrijkste verschijnsel van de laatste jaren. De « Arabische lentes » in Syrië en elders zijn een nieuwe stap. Het is een langzaam proces dat zal eindigen in de marginalisatie van de extremistische ideologieën en een uitdoven van de politieke islam. Kijk naar Tunesië, van waaruit het begon. De verkiezingen van eind oktober 2014 leverden de nederlaag op van het islamitisch front en de overwinning van de lekenbeweging. Dat is de ware aard  van de Arabieren…die overtuigd zijn dat christenen en moslims één vok vormen. Het zijn deze krachten die de toekomst van de Arabische wereld zullen maken. Het zal ongetwijfeld nog tien jaar duren vooraleer dit nieuwe Midden Oosten het daglicht zal zien, maar het zal niet  zijn zoals het westen het zich heeft voorgesteld. De Arabische wereld is een nieuw seculier politiek model aan het maken, waarin de soevereiniteit een centrale plaats inneemt. En Syrië is  het laboratorium van deze nieuwe Arabische wereld. Voor een Marokaan of Irakees is ons land het “Balad el Cham”, het  hart van de Arabische wereld. Op dit ogenblik zijn Tunesië, Algerije en Egypte hun relaties met  Damascus aan het normaliseren.” De monarchieën van de golfstaten  blijven hierbij natuurlijk een groot probleem. Zelf kunnen we daar nog de  huidige spanning bijvoegen  tussen Saoedi-Aabië (soennitisch) en Iran (sjiitisch) wegens de executie (naast 46 anderen!) van de geëerde sjiitische geestelijke leider Nimr Baqer Al-Nimr (die nooit aan gewapend  verzet heeft deelgenomen). Het lijkt ons niet onmogelijk dat het een bewuste provocatie is om het terrorisme en de oorlog te laten voortduren. Rusland heeft zich als bemiddelaar aangeboden. Tot slot vertelt Bouthaina nog dat Ali, de grootvader van de huidige president, in Qardaha leefde, de wieg van de familie Assad.  Christenen tijdens  de eerste wereldoorlog ontvluchtten de Turkse volkerenmoord. Het was Ali die er voor zorgde dat ze opgevangen werden en daarom zijn er nu nog christenen in Qardaha. En over de huidige president. Bouthaina Chabaane besluit: “Een Assad wijkt niet voor druk. De president zal zijn taak nooit opgegeven omdat zijn verantwoordelijkheid hem door het volk is toevertrouwd. Zoals hij zelf zegt, zal hij leven en sterven in zijn land. Zo eenvoudig is dat. En wat zijn persoon betreft, allen die hem benaderen, ook de westerse journalisten, zullen u zeggen dat hij een bescheiden man is, zeer open en niet bang om met zijn volk in contact te treden. In één woord, een man die ver verwijderd is van de belachelijke karikaturen  die van hem gemaakt werden.”

(P.S. Als je een humoristisch, karikaturaal stripverhaal over de oorlog tegen Syrië wilt lezen, bekijk dan  “Bachar al Salad pour les nuls” van Jean Michel, getekend door Georges Rémi (Hergé), kuifje).

Pater Daniël

Website: http://www.maryakub.net

Bron: E-mailbericht – Namens pater Guy Borreman SJ, Zr Lucienne