500 jaar geleden: Luther wilde niets meer van de H. Mis weten

Luther wilde van de H. Mis niets weten (heel zacht gezegd!) en bestreed haar waar en hoe hij maar kon.

Hij was overtuigd dat hij met deze bestrijding “de Kerk van Rome” in het hart kon treffen: zonder Mis zou zij er niet meer zijn. De diepste reden van deze opvatting en houding was zijn leer van de zaligmaking door het geloof alléén: wanneer ik maar diep in mijn binnenste gelóóf dat ik gered ben door de verdiensten van Christus in het kruisoffer, word ik na mijn dood meteen bij God in de hemel opgenomen, leerde hij. Geen enkel goed werk kan daaraan uit zichzelf ook maar het geringste bijdragen. Maar de H. Mis is zowel een sacramentele handeling waardoor genade wordt aangeduid en gegeven als een goed werk. Dat wilde Luther niet erkennen, nadat hij eenmaal zijn leer van de redding door het geloof alléén had verkondigd. Bovendien wilde hij het Pausdom vernietigen en daarmee de Kerk van Rome en hij zag goed in dat de viering van de H. Mis de meest centrale en hoogste daad van haar eredienst was.

BRON

In de H. Mis komt Jezus werkelijk op het altaar tegenwoordig

Op Calvarië is onze Heer door de Romeinse soldaten ter dood gebracht, maar zij waren géén offeraars. Neen, Jezus heeft op het kruis Zichzelf gehéél aan God opgedragen door vrijwillig voor onze zonden te sterven. Hij was de Zoon van God en niemand kon hem iets aandoen als Hij het zelf niet wilde. De Vader had Hem meer dan twaalf legioenen engelen kunnen sturen, als Hij er Hem om had gevraagd (Mat. 26,53).

Hij heeft, vrijwillig, zijn beulen laten begaan en daarmee zichzelf als slachtoffer aan God opgedragen; zo was hij priester en offerande tegelijk.

In de H. Mis komt Jezus werkelijk op het altaar tegenwoordig. Deze werkelijkheid is een “substantiële”: het is Jezus zélf die op het woord van de priester op het altaar neerdaalt en daar op een voor ons onbegrijpelijke wijze aanwezig komt, door de verandering van brood en wijn in Zijn verheerlijkt Lichaam en Bloed. Dit gebeurt ter gedachtenis aan zijn lijden en dood, zoals Hijzelf heeft gezegd: “Doet dit tot mijn gedachtenis”. Maar deze “gedachtenis” is een heel bijzondere. Wij kunnen iemand gedenken, die niet meer onder ons is door een beeld voor hem op te richten, door het houden van een redevoering, door een gedachte in ons hart. Maar de wijze waarop wij Jezus “gedenken” is een heel andere: hij komt in Persoon substantieel, onder ons tegenwoordig. Wanneer wij iemand in een redevoering gedenken, herinneren wij aan zijn daden. In de H. Mis “herinneren” wij aan Jezus’ kruisoffer, maar deze herinnering is heel bijzonder: door het woord van de priester, dat Jezus’ eigen woord is: Dit is mijn Lichaam, mijn bloed komt Hij op het altaar en door de dubbele kruisoffer, eigen woord is: Dit is mijn Lichaam, mijn Bloed, komt Hij op het altaar en door de dubbele consecratie: van brood én wijn, komt Hij onder ons als geofferd op Golgotha. De priester biedt hem de Vader aan, als geofferd op het kruis. Op deze wijze komt het kruisoffer sacramenteel onder ons tegenwoordig; het Concilie van Trente leert met recht dat Hij, die zich bloedig op het kruis voor ons heeft geofferd, zich onbloedig offert onder de H.Mis, die daarmee een waar offer is, in de eigenlijke zin. “Een en hetzelfde is het slachtoffer (hostia) dat zich nu geoffert door het dienstwerk der priesters (en) dat zichzelf op het kruis heeft geofferd, alleen op verschillende manier” (sola offererdi ratione diversa, DS 1743). Het H. Misoffer is zozeer één met het kruisoffer, dat het zonder het kruisoffer géén offer zou zijn. Het zou evenmin een offer zijn wanneer dezelfde Christus niet op het altaar zou komen, die eens voor ons aan het kruis heeft gehangen. Hiermee is het duidelijk dat de leer van de Kerk op dit punt niet in strijd is met die van de Brief aan de Hebreeën, maar die zelfs veronderstelt.

BRON

Barmhartigheidszondag 23 april 2017

Beheerder Website's avatarLegioen Kleine Zielen van het Barmhartig Hart van Jezus.

Gebedsgroep Legioen Kleine Zielen te Berg en Terblijt

Programma in de grote kerk
Vanaf 14.30 uur biechtgelegenheid
Om 15.00 uur H. Mis
Met aansluitend Aanbidding
Na afloop gezellig samenzijn met koffie en vlaai

Op elke Barmhartigheidszondag is het mogelijk een volle aflaat te ontvangen. Aan de volgende voorwaarden moet worden voldaan: 1. Binnen tien dagen voor de dag van ‘Barmhartigheidszondag’ of binnen tien dagen na de dag van ‘Barmhartigheidszondag’ gaan biechten (dit geldt in ieder geval voor de Nederlandse Kerkprovincie: het zal praktisch gezien namelijk niet lukken dat zoveel mensen op een en dezelfde dag kunnen gaan biechten). 2. De Heilige Mis bijwonen (vanzelfsprekend!). 3. De dag zelf vieren tere van Gods Barmhartige Liefde. 4. De geloofsbelijdenis bidden. 5. Die dag bidden voor de intenties van de Paus. Als aan deze 5 voorwaarden wordt voldaan: dan worden je de zonden vergeven (schuld door de zonde) en worden de zondestraffen van je weggenomen (de boetedoening…

View original post 3 woorden meer